Credit: Foto: Flip Franssen







Burgemeesters zien met lede ogen invloed op crisis afnemen

Door Irene van den Berg, Daan Marselis, | 24 January, 2022

Om de coronacrisis te bestrijden komt sinds 2 jaar een groep van 25 ‘opperburgemeesters’ wekelijks bijeen in het Veiligheidsberaad. Voor het eerst vertellen vier van hen hoe die discussies verliepen en op welke hindernissen ze stuitten.

Het Veiligheidsberaad bestaat uit de voorzitters van de 25 veiligheidsregio’s, meestal de burgemeester van de grootste stad in de betreffende regio. Voorheen vergaderden zij alleen over de voorbereiding op rampen, of de cao’s van de brandweer en politie. Maar door de Wet publieke gezondheidszorg, waarin staat dat bestrijding van infectieziekten zoals corona een taak voor voorzitters van veiligheidsregio’s is, kreeg het beraad in maart 2020 ineens een belangrijke taak in het bestrijden van de coronacrisis.

Het is voor het eerst dat voorzitter Hubert Bruls en drie andere burgemeesters een inkijkje geven in de discussies binnen het Veiligheidsberaad. Uit interviews blijkt dat die samenwerking allesbehalve soepel van de grond kwam. Leden van het Veiligheidsberaad vochten een richtingenstrijd uit en de vergaderingen verzandden regelmatig in discussies over details. En hoewel ze geleidelijk hun invloed op het landelijke beleid vergrootten, liepen ze ook steeds vaker op tegen de beperkingen van een overlegclub die van oorsprong crisisbeheersing als taak heeft.
Lees het volledige artikel op AD.

More investigations